L’Abdication de Charles Quint de Louis Gallait
Découvrez les personnages ayant assisté représentés dans le tableau !
Le 25 octobre 1555, l’Empereur Charles Quint abdique dans la grande salle du palais du Coudenberg, situé à Bruxelles. Il convoque les membres de sa famille, son entourage et d’autres grandes figures politiques et ecclésiastiques de son temps.
Sur une estrade, Charles Quint (1) se tient debout devant son fils Philippe II (2), agenouillé. L’Empereur est soutenu par son lieutenant-colonel Guillaume d’Orange-Nassau (3) qui prend place à sa gauche. En chrétien et en père, après avoir imploré l’assistance du ciel, il pose sa main sur la tête de son successeur, il demeure immobile, la tête levée aux cieux et les larmes aux yeux. À sa droite trône sa sœur la reine Marie de Hongrie (4), également gouverneure des Pays-Bas espagnols. À la droite de celle-ci se succèdent sa sœur Éléonore de Habsbourg (5), épouse de François Ier, sa nièce Christine de Danemark (6) et la fille de Charles Quint, Marie d’Autriche (7). Le gendre de l’Empereur, Maximilien II (8), archiduc d’Autriche, se tient à la gauche de Guillaume d’Orange et derrière lui se trouve Emmanuel-Philibert (9), duc de Savoie, et neveu de Charles Quint par alliance.
André Vésale (10), premier médecin de l’empereur, est également présent lors de la cérémonie. Charles Quint étant souffrant et multipliant les infirmités au moment d’abdiquer, il l’accompagne partout.
Outre les membres de leur famille, le confesseur de Charles Quint (11) et celui de Philippe II (12) assistent à l’abdication, le premier se tient à proximité de l’Empereur tandis que le second prend place parmi les protagonistes situés au pied de l’estrade. Autour de ce dernier se tiennent Lamoral (13), comte d’Egmont et conseiller de Charles Quint, mais aussi Philippe II de Croÿ (14), général de l’Empereur et gouverneur du Hainaut, ainsi que le Légat du Pape (15), désireux d’assister à l’abdication d’un des plus grands monarques de son époque. À l’avant du groupe, au plus proche de l’estrade, l’évêque d’Arras Peirenot de Granvelle (16) et le président du Conseil Viglius (17) prennent place devant Philippe de Montmorency (18), comte de Hornes, lui aussi conseiller de Charles Quint. Face à eux, Philibert de Bruxelles (19), ami proche de l’Empereur, s’avance légèrement tandis que le Duc d’Albe (20), vice-roi de Naples et gouverneur des Pays-Bas, occupe une place plus reculée. Ce dernier, en Italie lors de l’abdication de Charles Quint, n’a en réalité pas assisté lors à la cérémonie.
Enfin, Louis Gallait (21) s’est lui-même représenté dans l’assemblée. Il est accompagné par son ami Louis Haeghe (22), artiste lui aussi originaire de Tournai.
Kunt u ontdekken welke personages op het schilderij werden afgebeeld.
Op 25 oktober 1555 deed Keizer Karel troonsafstand in de Grote Zaal van het paleis Coudenberg in Brussel. Hij nodigde familieleden, zijn omgeving en andere belangrijke politieke en kerkelijke figuren van zijn tijd uit.
Op een voetstuk staat Keizer Karel (1) voor zijn knielende zoon Philippe II (2). De Keizer wordt ondersteund door zijn luitenant-kolonel Willem van Oranje-Nassau (3) die links plaatsneemt. Met hemelse bijstand legt hij als christen en als vader zijn hand op het hoofd van zijn opvolger, deze blijft roerloos liggen, het hoofd ten hemel geheven en tranen in de ogen. Rechts van hem zit zijn zuster, koningin Maria van Hongarije (4), zij is ook gouvernante van de Spaanse Nederlanden. Rechts van haar staan haar zuster Eleonora van Habsburg (5), echtgenote van François de Eerste, haar nichtje Christine van Denemarken (6) en de dochter van Karel de Vijfde, Maria van Oostenrijk (7). De schoonzoon van de Keizer, Maximiliaan de Tweede (8), Aartshertog van Oostenrijk, staat links van Willem van Oranje en achter hem staat Emmanuel-Philibert (9), Hertog van Savoye en aangetrouwde neef van Karel de Vijfde.
André Vésale (10), de eerste arts van de keizer, was ook bij de plechtigheid aanwezig. Hij vergezelde Karel de Vijfde overal, die was ziek en leed aan vele aandoeningen op het moment van zijn troonsafstand.
Naast hun familieleden wonen ook de biechtvader van Karel de Vijfde (11) en Philippe de Tweede (12) de troonsafstand bij. De eerste staat dicht bij de keizer, terwijl de tweede zijn plaats inneemt tussen de protagonisten aan de voet van het podium. Rond hem staan Lamoraal (13), graaf van Egmont en raadgever van Karel de Vijfde, maar ook Philippe II de Croÿ (14), generaal van de keizer en gouverneur van Henegouwen, en de pauselijke legaat (15), die staat te popelen om getuige te zijn van de troonsafstand van een van de grootste monarchen van zijn tijd. Vooraan de groep, het dichtst bij het podium, namen de bisschop van Arras Peirenot de Granvelle (16) en de voorzitter van de Raad Viglius (17) hun plaatsen in tegenover Philippe de Montmorency (18), graaf van Hornes, alsook raadsman van Karel de Vijfde. Tegenover hen kwam Philibert de Bruxelles (19), een goede vriend van de Keizer, iets naar voren, terwijl de hertog van Alba (20), onderkoning van Napels en gouverneur van de Nederlanden, een meer afzijdige positie innam. Deze laatste bevond zich in Italië op het ogenblik van de troonsafstand van Karel de Vijfde en heeft de plechtigheid niet bijgewoond.
Tenslotte was Louis Gallait (21) zelf onder de aanwezigen. Hij wordt vergezeld door zijn vriend Louis Haeghe (22), ook een kunstenaar uit Doornik.